Historische verhalen voor alle leeftijden. Alle.
Aan Grein vertelt hij zijn levensverhaal: hoe hij aan Arthurs hof kwam en uitgroeide tot een onoverwinnelijke ridder. Hoe hij zijn hart verloor aan de koningin en op zoek ging naar de graal.
Maar ook verhaalt hij van zijn vriendschap met Walewein, de vechtjas uit het hoge noorden. Bloedbroeders waren ze, trouw tot in de dood, tot een fatale vergissing hun leven voor altijd veranderde.
Een boek boordevol spannende, vrolijk, romantische, maar ook tragische avonturen die de tragische geschiedenis schetsen van koning Arthur en zijn Ridders van de Ronde Tafel.
Gebaseerd op het middeleeuwse origineel dat bekend staat als de Haagse Lancelotcompilatie.
'Het vertelplezier spat er als vanouds vanaf.' - Volkskrant ( * * * * )
Zou hij misschien de graalridder zijn?
Met stijgende verwondering volgt het hof de belevenissen van Perceval de Walloos. Als vervolgens ook de dappere Walewein de graal gaat zoeken, ontstaat er een ware wedloop. De beide ridders dreigen verstrikt te raken in een web van avonturen.
Gebaseerd op de middeleeuwse 'Roman van Perchevael'. Met illustraties van Fiel van der Veen.
Zijn neef Walewein, de dapperste en eerlijkste ridder van de hele wereld, trekt eropuit om het schaakbord te veroveren. Daarvoor moet hij eerst het magische Zwaard met de Twee Ringen verwerven, dat elke oneerlijke ridder spontaan in twee gelijke delen hakt. Hij kan het krijgen in ruil voor de schone Isabele van Endi, die gevangen zit in de burcht met de Twaalf Poorten. Alles lijkt goed te gaan, maar als Walewein voor de laatste poort komt, slaat het noodlot toe.
Een rijk verhaal vol draken, boze ridders, betoverde prinsen en belaagde jonkvrouwen, met in de hoofdrol een hartveroverende held.
Gebaseerd op het middeleeuwse 'Avontuur van Walewein'. Met illustraties van Fiel van der Veen.
Heruitgave van: Walewein ridder van de Ronde Tafel (2003). Met illustraties van Yvonne Jagtenberg. ISBN 978902611905, De Fontein, 255 blz.
Lancelot biedt zich aan en volgt het hondje dat hem de weg zal wijzen.
Zal hij deze zware queeste overleven?
Een romantisch Arthurverhaal, gebaseerd op 'Lancelot en 't hert met de witte voet'.
Met illustraties van Fiel van der Veen
Heruitgave van: Lancelot ridder van de Ronde Tafel (2001). Met illustraties van Yvonne Jagtenberg. ISBN 9789026117008, De Fontein, 96 blz.
Spannend boek over de geboorte van koning Arthur, gebaseerd op ''t boec van Merline'.
Met illustraties van Fiel van der Veen
Toch moet je niet denken dat ze ongelukkig was. Ze was maar wat trots dat Arthur háár wilde en niemand anders. En ze had gelijk. Hij was een gouden vangst. Zij bracht alleen maar een ronde tafel mee. Het was een enorme tafel die door veertig ossenwagens moest worden vervoerd, dus het was wel iets bijzonders, maar niet iets wat je je bij een bruidschat voorstelt. Ik denk dat Arthur de tafel uit pure beleefdheid heeft aangenomen, want aanvankelijk wist hij niet goed wat hij ermee aanmoest. Maandenlang hebben al die zware houten panelen in de stal staan te verstoffen, tot Merlijn met het idee kwam van die ridderorde. Sommigen zeggen dat hij er al jaren mee rondliep, maar dan is het allemaal wel erg toevallig, hoewel je het met hem nooit zeker kon weten. In ieder geval kwam de ronde tafel toen in de grote zaal te staan en Arthur stichtte zijn ridderorde.
Daar heb je toch wel van gehoord? Het lijkt een eeuwigheid geleden, maar ik heb nog meegemaakt dat de Ridders van de Ronde Tafel de wereld beheersten. Ik was een van hen.
(Afscheid van Arthur, p.10)
Dit is het moment waar heel Ravensteen al meer dan een jaar op wacht: heer Walewein gaat het Zwaard met de Twee Ringen trekken. De koning en Walewein zijn gaan staan en heel het hof komt overeind. Ergens valt een bokaal of een mes met veel gekletter op de grond, maar verder blijft het doodstil.
Walewein kijkt strak naar het zwaard op het kussen.
Wat is het prachtig! Het gevest is van helder witgoud en twee roodgouden ringen vormen de enige versiering. De schede is van geborduurde witte zijde, bezet met paarlen en diamanten.
Walewein voelt het bloed langs zijn slapen pompen: is hij eerlijk, eerlijk tot op het bot? Alleen God weet of ik eerlijk genoeg ben, denkt hij.
(Walewein, p. 63)